bij een korte sluitertijd staat je voorwerp stil en de achtergrond bewogen. Maar juist bij een grote sluitertijd is je voorwerp bewogen met de achtergrond stil. We moesten dus van allebei de opties een foto maken.
Korte sluitertijd: het beeld ' bevriest'. Door de korte sluitertijd maak je een foto die helemaal vaststaat.
Stilstaan beeld met een lage sluitertijd. De mensen bewegen en de achtergrond is scherper.
Meebewegen met het beeld. Je ziet dat het bewegende persoon sherp is gesteld en de achtergrond beweegt. Het was best lastig deze foto te nemen, juist doordat je met het beeld moest meebewegen.
